‘… En toen begon de hele klas te applaudisseren’

Inspiratie
Nieuws

Ter gelegenheid van de Dag Tegen Discriminatie en Racisme deelt Tûmba de komende tijd persoonlijke ervaringsverhalen. Twee daarvan komen uit ons archief: in 2004 brachten we het boekje Kleur Bekennen uit. Hierin vertellen Friezen hoe zij niet alleen toekeken, maar in actie kwamen tegen pesterij en discriminatie. Mensen die opkwamen voor een ander, die het verschil maakten.

Dit boekje werd destijds aangeboden namens een aantal bekende Friezen. Dat betekent niet dat zij het in alles met ons eens waren, maar wel dat ze zich uitspraken voor een inclusieve en rechtvaardige samenleving. En juist nu, in een tijd waarin ongelijkheid en onrecht nog steeds aanwezig zijn, is dat belangrijker dan ooit.

Fryslân heeft organisaties zoals Tûmba nodig—om mensen te inspireren, te verbinden en om samen kleur te bekennen. Want verandering begint bij het moment dat iemand besluit niet langer weg te kijken, maar op te staan. Of dat nu dichtbij gebeurt of verder weg.

Een illustratie van iemand die voor een vol klaslokaal staat en bang is om voor de klas te vertellen dat zij op vrouwen valt
Illustraties Geert Gratema

‘Als we samen naar videoclips zaten te kijken, keek ik naar de meisjes, mijn vriendinnen naar de jongens. In een café keken zij naar de barkeeper, ik naar de serveerster. Het was een verwarrende en eenzame tijd. Natuurlijk wist ik dat meisjes op meisjes kunnen vallen en jongens op jongens, maar zou ik dat nou weer hebben? En vergis je niet: juist in deze leeftijd wordt er onderling hard geoordeeld over homoseksualiteit, ondanks alle tv-series met homo’s en lesbiennes. De norm is nog steeds heteroseksueel. Weet je nog hoe veel Friezen reageerden toen de commissaris van de koningin een skútsjeskipper een zoen gaf. Een man die een man kust, vreselijk! Allemaal ingezonden stukken! Zo wordt er nog steeds gedacht.

Ik heb daarom heel lang mijn gevoelens verborgen gehouden. Ik wilde wel van het dak af schreeuwen dat ik lesbisch was, zodat in één keer iedereen het wist. Maar ik durfde het niet. Toch werd het bekend, ik weet nog steeds niet precies hoe. Ik zat een keer met een stel meiden tv te kijken en toen heb ik gevraagd: “Vallen jullie op jongens of op meiden?” Zij vielen natuurlijk allemaal op jongens. Ze hebben mij niks gevraagd, maar misschien hebben ze vanwege die vraag hun conclusie getrokken. Hoe dan ook: op school merkte ik dat ze ’t wisten. Achter mijn rug om werden er grapjes over gemaakt. En dat is vreselijk. Toen pas, ik was zeventien jaar, ben ik naar mijn ouders gegaan. Ik heb hun alles verteld.

‘Leave skat”, zei mijn moeder, ‘wie mar earder kommen’. En ze wilde weten hoe ik het ontdekte en hoe de afgelopen jaren voor me geweest waren. Mijn vader luisterde alleen maar en zei niks. Toen heb ik hem gevraagd : Wat fynt heit der einliks fan’ En toen zei hij alleen maar: ‘Do bist in prachtmeid”, verder niets, maar dat was genoeg. Mijn vader is niet een man van veel woorden. Mijn moeder en ik hebben nog lang zitten praten over hoe ik het nou moest aanpakken op school. ‘Ik soe’t mar gewoan fertelle’, zei ze.

"en toen ben ik gaan staan, met knikkende knieën."

Dat heb ik gedaan, maar ik heb er eerst nog wel een week mee omgelopen. Ik heb bedacht in welke les ik het zou willen vertellen. We hadden een hele aardige geschiedenis leraar en die heb ik gevraagd of ik aan het begin van de les iets mocht zeggen. Dat mocht. De zenuwen gierden door mijn keel. Het was vre-se-lijk! ‘Elske wil ons wat vertellen’, zei de leraar en toen ben ik gaan staan, met knikkende knieën.

Ik weet niet meer wat ik heb gezegd. Ik weet er niets meer van. Ik weet ook niet hoe de jongens en meisjes keken, ik heb geloof ik het raam uitgekeken toen ik sprak. Maar toen ik was uitgesproken begon iemand te klappen – heel langzaam, je kent dat wel. En toen nog iemand, en even later applaudisseerde de hele klas! Eerst langzaam en later steeds sneller. Ik kon wel huilen, maar ik geloof dat ik van de zenuwen alleen maar gelachen heb. Later heb ik bedacht hoe belangrijk dat applaus voor mij was. De klas gaf mij het gevoel dat ik er mocht zijn.

Ik zou zo graag willen weten wie degene was die begon te klappen. Wie koos als eerste voor mij? En stel, als hij of zij niet was begonnen, was er dan iemand anders geweest? Of was er een doodse stilte gevallen? Ik zou die persoon nog wel eens willen bedanken, Misschien komt er nog eens een reünie van de school, dan ga ik het uitzoeken.

Tekst door Ate de Jong

Heb je ook iets soortgelijks meegemaakt en voelde je je gediscrimineerd? Meld het wel. Dit kan via onderstaande knop!

Meld discriminatie